De Fabri-dynastie: een grote en controversiële invloed met een fortuin van 350 miljoen euro
Familie Fabri
De Fabri familie, een opmerkelijke Belgische dynastie, heeft naam gemaakt door haar invloed in de bank- en verzekeringswezen plantages. Deze familie, gestoeld op de inspanningen van grote financiers zoals Charles Fabri, die in de jaren 1930 controversieel was vanwege zijn speculatieve operaties, speelde een centrale rol in verschillende Belgische financiële instellingen, waaronder de Banque de la Société Générale en de Mendelssohn Bank. Deze laatste poging om te ontsnappen aan de devaluatie van de Belgische frank leidde Charles Fabri tot massale aankopen van buitenlandse effecten, een manoeuvre die hem bijna ruïneerde. Het fortuin van Hubert Fabri wordt geschat op meer dan 350 miljoen euro.
Familiebank: De familie bouwde haar rijkdom op rond Caisse Privée, een familiebank die tussen de oorlogen een belangrijke speler werd voor Belgische aristocratische families. Deze bank maakte deel uit van de holding Socfin, die niet alleen bankbelangen controleerde, maar ook ook plantages in samenwerking met de koning Leopold II in Congo. Het was echter juist deze bank die de familie aan het einde van de 20e eeuw in moeilijkheden bracht.
Politieke zaken: De betrokkenheid van politieke figuren zoals Paul Vanden Boeynants (VDB), voormalig Belgisch Eerste Minister en Minister van Landsverdediging, drukte ook zijn stempel op de reputatie van de familie Fabri. Caisse Privée beheerde een deel van het fortuin van VDB en een huiszoeking in maart 1983 bracht een gerechtelijk onderzoek op gang dat het volgende aan het licht bracht 137 fiscale overtredingen. VDB werd in 1986 veroordeeld voor belastingfraude, een schandaal dat de familie Fabri indirect in diskrediet bracht en hem verhinderde zijn ambitie om burgemeester van Brussel te worden waar te maken. Hij werd uiteindelijk gerehabiliteerd, hoewel het schandaal aanzienlijke schade toebracht aan zijn reputatie en die van de betrokken entiteiten.
Implicaties voor de Italiaanse maffia: In 1987 kwam een deel van de Socfin-holding in handen van de Italiaanse maffia-geldwitwassers Giancarlo Parretti en Florio Fiorini. Via hun holding Sasea probeerden ze de controle te verwerven over de Belgische bank BBL, maar dat mislukte. Ze slaagden er echter wel in om Pathé Cinéma, een filmgroep in Frankrijk. Uiteindelijk verkochten ze hun aandeel in Socfin aan Vincent Bolloré, een beroemde Franse zakenman met soms vijandige methodes. Bolloré werd een belangrijke zakenpartner van Hubert Fabri.
Vastgoedschandaal: De bankdochter van de Fabri, Caisse Privée, kreeg te maken met de gevolgen van een aantal financiële wanpraktijken, waaronder het schandaal rond de vastgoedholding Comuele, die werd geleid door beruchte figuren zoals antiquair Arthur Fogel. Toen de criminele banden van Comuele aan het licht kwamen, waaronder connecties met de Russische maffia, stortte de holding in 1995 in, waardoor de schuldeisers, waaronder Caisse Privée, met enorme verliezen van €200 miljoen werden opgezadeld.
Terug naar onze agrarische wortels: Wat de plantageactiviteiten in Afrika en Azië betreft, kenden de bedrijven Fabri en Bolloré een snelle groei in de rubber- en palmolie-industrie na de financiële crisis van 2007-2008. Hun landbouwgrond breidde uit van 129.658 hectare in 2009 naar 185.324 hectare in 2015, waarbij Socfin in totaal niet minder dan 400.000 hectare grond controleert.
Conflicten en controverses: De snelle uitbreiding van Fabri en Bolloré in deze regio's trok de aandacht van verschillende NGO's, die een aantal geschillen over landaankoop en vergunningen documenteerden. Deze geschillen leidden tot gewelddadige confrontaties met lokale gemeenschappen en de autoriteiten, met name in Sierra Leone, waar de leiders van de NGO Maloa werden veroordeeld voor samenzwering en "corruptie". vernietiging van plantagesBeschuldigingen die ze krachtig ontkenden.
Rechtszaken en aanklachten: Rechtszaken volgden Socfin tot in Luxemburg, met verschillende rechtszaken die door NGO's werden aangespannen bij de lokale contactpunten van de OESO. In België vervolgde onderzoeker Jean-Claude Van Espen Hubert Fabri voor actieve corruptie in Guinee, een zaak waarin een voorwaardelijke straf werd geëist. Fabri beweerde het slachtoffer te zijn van een samenzwering en hield vol dat Socfin altijd handelde met een programma van sociale verantwoordelijkheid.
Tot slot blijft de familie Fabri dynamisch en controversieel, laverend tussen aanzienlijke economische vooruitgang en aanhoudend juridisch getouwtrek. Naast zijn zakelijke activiteiten heeft Hubert Fabri zijn passie voor klassieke auto's, met name Aston Martins, en woont hij momenteel in Genève, Zwitserland. De familie Fabri heeft een imperium dat meer dan €355.257.280 waard is.
